Veel Nederlanders zijn niet op de hoogte van de gevaren die brandbare vloeistoffen, zoals bio-ethanol, spiritus en benzine, met zich meebrengen. In het brandwondencentrum in Beverwijk werden de laatste periode al 13 mensen binnengebracht met ernstige brandwonden door ongelukken met een brandbare vloeistof. “Terwijl dit soort ongelukken juist te voorkomen zijn. Als je weet dat er bij het openen van de fles een explosieve gaswolk ontstaat, dan gebruik je de vloeistoffen zoals spiritus niet om een barbecue of vuurkorf aan te steken,” vertelt Kiran Baran, brandwondenarts in het Rode Kruis Ziekenhuis.
Uit onderzoek blijkt dat 40% van de slachtoffers in een van de drie Nederlandse brandwondencentra (Groningen, Beverwijk & Rotterdam), brandwonden heeft opgelopen door een vlamverbranding. Daarvan wordt ongeveer een derde veroorzaakt door brandbare vloeistoffen.1 “Bij brandwonden gaat het vaak om ongelukken die moeilijk te voorkomen zijn. Maar dit geldt niet voor deze ongelukken. Deze ongelukken hoeven niet te gebeuren”, legt Kees Hoogewerf van de Nederlandse Brandwonden Stichting uit.
Brandwondenarts Baran hoort vaak dat deze groep brandwondenpatiënten uitlegt dat het eerder keren wel goed ging. “Als zo’n brandbare vloeistof wordt bewaard bij kamertemperatuur, kan er bij het openen van de fles een gaswolk ontstaan. Wanneer deze in contact komt met vuur, ontstaat er een steekvlam. Slachtoffers in de buurt van de fles worden dan besproeid met brandende vloeistof. De kleding kan hierbij vlamvatten en zo kunnen slachtoffers ernstige brandwonden oplopen.”